De Belgische ondernemingen vinden niet altijd even vlot toegang tot de risicokapitaalmarkt. Het aanbod aan durfkapitaal is weliswaar groot genoeg maar is ook sterk versnipperd.

Zeker bij grotere kapitaalrondes is het aanbod aan Belgisch risicokapitaal vaak onvoldoende. Een schaalvergroting en meer focus is nodig om de markt opnieuw te laten groeien. Dit blijkt uit een onderzoek dat Febelfin heeft gevoerd rond de toegang van ondernemingen tot risicokapitaal.

“Het is vandaag essentieel om een gezonde financieringsmix te hebben voor de financiering van een project. Hiervoor is het zinvol een gediversifieerd financieringslandschap te hebben gaande van eigen middelen, private equity fondsen en bancaire financiering. Met deze studie tracht Febelfin de valkuilen die vandaag bestaan in de markt van risicokapitaal in kaart te brengen en reiken we ook enkele mogelijke oplossingen aan. Op deze wijze wenst Febelfin bij te dragen tot het stimuleren van innovatie en ondernemerschap in België. Twee elementen die bepalend zijn voor de groei, waarnaar onze economie op zoek is,” vertelt Marc Moonens, voorzitter van de werkgroep die hiervoor in de schoot van Febelfin werd opgericht.

Waarom een onderzoek?

In 2014 ontving Febelfin signalen dat de toegang tot kapitaal voor sterk groeiende ondernemingen moeilijk liep, wat hun lokale verankering niet ten goede kwam. In dit kader engageerde Febelfin zich ertoe om via een werkgroep te onderzoeken of ondernemingen in de zaai-, start- en groeifase in België een voldoende vlotte toegang vinden tot risicokapitaal.

Vandaag stelt Febelfin het eindresultaat voor van de werkgroep, die zich verdiepte in deze materie onder leiding van Marc Moonens. Het volledige rapport “Risicokapitaal in België: Hoe kan België zijn positie in risicokapitaal uitbouwen” kan hier worden teruggevonden.

Belangrijkste conclusies

Het rapport behelst enerzijds een analyse van het bestaande cijfermateriaal en onderzoek om een beeld te schetsen van waar België zich vandaag bevindt in de markt van risicokapitaal. Anderzijds worden op basis van interviews met een twintigtal specialisten op het terrein enkele concrete valkuilen aangegeven en worden aanbevelingen geformuleerd naar diverse betrokken partijen: publieke instellingen, investeerders en banken.

Hieronder leest u de belangrijkste conclusies op een rij:

België is een Europese middenmoter

Op basis van het bestaande cijfermateriaal en onderzoek over de periode 2008 tot 2013 kan worden vastgesteld dat België behoort tot de middenmoot van Europa m.b.t. de relatieve omvang van haar risicokapitaalmarkt. Recent verliest België hierin nog wat terrein. Dit kan o.a. verklaard worden door het wegvallen van bancaire private equity fondsen. De banken hebben zich wat teruggetrokken omdat deze activiteiten niet langer opportuun waren in het huidige maatschappelijke maar vooral regelgevend kader.

Nu duiken er wel positieve initiatieven op, geïnitieerd door zowel incubatoren als vanuit politieke hoek, die het ondernemerschap opnieuw trachten te stimuleren. We zijn echter van mening dat deze initiatieven nog niet volstaan om het tij te doen keren.

Panoplie aan instrumenten

De werkgroep kwam tot de vaststelling dat het aanbod aan financiering over het algemeen voldoende groot is, maar wel zeer versnipperd. Deze versnippering heeft als voordeel dat er een grote verscheidenheid aan instrumenten op de markt is om kleine en veelbelovende startende ondernemingen op weg te helpen via bescheiden opgehaalde sommen. Als keerzijde van de medaille is er het feit dat eenmaal er doorgroeifinanciering nodig is het aanbod vaak tekort schiet voor bedragen vanaf 1 miljoen euro.

De versnippering gaat tevens gepaard met hoge(re) kosten voor ondernemers in hun zoektocht naar financiering. Door de vele initiatieven is het vaak niet duidelijk wie wat precies aanbiedt en dat uitzoeken is zeer tijdsintensief.

Gezocht: schaalvergroting en focus

Om de lacune in het aanbod voor doorgroeifinanciering op te vangen zijn er schaalvergroting en focus nodig. Op termijn leiden deze twee factoren immers tot grotere fondsen met een grotere slagkracht voor doorgroeifinanciering. Grotere fondsen kunnen tevens grotere expertise aantrekken en aldus een betere begeleiding bieden aan ondernemingen, welke de slaagkansen enkel verhogen.

Daarnaast doet Febelfin in het rapport een oproep om eenheid te brengen in de vele instrumenten die vandaag bestaan en zich hierbij te focussen op enkele clusters/sectoren waarin België op nationaal of regionaal vlak een competitief voordeel denkt te hebben.

Meer informatie

Voor meer inlichtingen kunt u terecht bij Isabelle Marchand, woordvoerster van Febelfin (im@febelfin.be), of Thomas Van Rompuy, Director Strategic Affairs & Communication (vr@febelfin.be), via het centrale persnummer 02 507 68 31.

Bron: Febelin