Ondernemingen met een zwakke onderhandelingspositie ten opzichte van een sterkere handelspartner zijn nu beter beschermd tegen misbruiken. Dat danken ze aan recente wetgeving die in drie fases, tussen 1 september 2019 en 1 december 2020, in werking treedt. Die wetgeving maakt een einde aan misleidende marktpraktijken, misbruik van economische afhankelijkheid of het gebruik van oneerlijke bedingen in de relaties tussen ondernemingen. Op 1 oktober 2020 gaat een informatiecampagne van start.

Stopzetting van de bevoorrading, willekeurige prijsverhogingen, gedwongen aankopen, enz. Bedrijven zijn niet immuun voor misbruik door hun machtigere handelspartners.

Hoewel de wet de consument al lang tegen dergelijke praktijken beschermt, was dat voor bedrijven onvoldoende het geval.

Daarom biedt een nieuwe wetgeving, die in drie fases in werking treedt (tussen 1 september 2019 en 1 december 2020), nu ook ondernemingen een betere bescherming in hun handelsbetrekkingen (b2b) tegen misbruik van economische afhankelijkheid. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer een detailhandelaar een contract met een verkoper aangaat voor de aankoop van een product noodzakelijk voor zijn handel en de verkoper plots besluit om de levering te stoppen of de prijs van dat product buitensporig te verhogen. Dat gebeurt op willekeurige basis en zonder de detailhandelaar de mogelijkheid te geven om binnen een redelijke termijn, onder redelijke voorwaarden en tegen redelijke kosten een beroep te doen op een andere gelijkwaardige bevoorradingsbron.

Naast dat soort misbruiken biedt de wet ook een betere bescherming tegen:

  • agressieve marktpraktijken: een onderneming probeert bijvoorbeeld een dienst of product op te dringen aan een andere onderneming zonder dat die daarom gevraagd heeft. De onderneming wordt gevraagd om de prijs te betalen, het product vervolgens te houden of terug te sturen (zelfs zonder kosten);
  • bedrieglijke marktpraktijken: na ontvangst van een product komt een bedrijf er bijvoorbeeld achter dat het product niet aan de beloofde kwaliteitscriteria voldoet, of dat het van een ander, veel minder bekend merk is;
  • oneerlijke bedingen: ze staan vaak in kleine letters in contracten vermeld, kunnen onaangename verrassingen inhouden en inbreuk maken op de rechten van ondernemingen. Voorbeeld: een clausule die een bedrijf vrijstelt van elke aansprakelijkheid in geval van fraude of een ernstige fout van zijn kant.

Een informatiecampagne voor zelfstandigen en kmo’s

Wat zijn de beoogde situaties en de betrokken ondernemingen? Welke praktijken zijn nu verboden? Hoe reageer ik wanneer zo’n situatie zich voordoet? Tot wie moet ik me richten in geval van misbruik?

Om al die vragen te beantwoorden en de nieuwe regels bekend te maken, lanceert de FOD Economie een online informatiecampagne voor zelfstandigen en kleine ondernemingen, die vaak niet over een juridische dienst beschikken om hen te ondersteunen. De campagne neemt de vorm aan van informatieboodschappen op sociale netwerken, een duidelijke en toegankelijke brochure die ter beschikking wordt gesteld aan de ondernemers: “Gedaan met de wet van de sterkste! Voor een eerlijkere concurrentie: voortaan kunnen zelfs de kleinste ondernemingen doorwegen” en een website met alle nuttige informatie: neenaandewetvandesterkste.be

Bron: FOD.be